Crowd-pleasing chili sin carne
Mijn chili sin carne is super makkelijk om te maken, ook in grote hoeveelheid voor de diepvries of een feestje. Ze is niet pikant, maar wel smaakvol, heeft een lekkere bite en past perfect bij stomende basmatirijst - maar even goed bij taco’s en brood. Of zelfs gewoon zo met wat cheddar, zure room en/of nachochips erover.
Ingrediënten (voor ongeveer 8 porties)
1 ajuin
2 teentjes knoflook
1 volledige bos selderij
800 g tomatenstukjes uit blik
1 tl gerookte paprikapoeder
1/2 tl kaneel
1/2 tl chilivlokken (of meer of minder, naar smaak)
300 g maïs uit blik
300 g kidneybonen uit blik
30 g verse koriander (niét optioneel in mijn ogen, maar als je ‘t echt niet lust, vervang dan door bladpeterselie of kervel)
Bereiding
Snipper de ui fijn. Pers of snijd de look fijn.
Was de selderij en snijd in fijne halve maantjes. De bredere uiteindes kan je eerst doormidden snijden, zodat alle stukjes ongeveer dezelfde grootte hebben.
Stoof in een grote pot de ui en look in olijfolie. Roer op een middelhoog voer om tot de ui echt glazig is.
Voeg de selder toe en laat verder stoven tot de stukjes beetgaar zijn - proef zeker eens, want de selder mag niet meer hard zijn.
Voeg de tomatenstukjes toe. Vul de blikken met water en giet dit in de saus - zo is je blik mooi uitgespoeld én krijg de chili extra vocht.
Kruid met peper en zout, het gerookte paprikapoeder, de kaneel en de chilivlokken. Laat de saus 15 minuten pruttelen.
Draai het vuur uit. Spoel de maïs en kidneybonen in een vergiet af en voeg ze toe aan de chili.
Hak de koriander (blad én stelen) grof en roer door de chili. Houd eventueel wat korianderblad apart om de chili in je bord mee te garneren.